Dit interview komt uit de Telegraaf, geschreven door Jessica Numann

Wie zijn keukenla opentrekt, kan zomaar een maaksel van familiebedrijf Boska tegenkomen. Na een geschiedenis in de smederij en ijzerwaren is de onderneming nu vooral bekend van het kaasgereedschap. Ook directeur Martijn Bos geeft er weer een hele nieuwe draai aan. “Maar onze kaasschaaf blijft.”

Een kaasschaaf lijkt een simpel product, maar een lekkere plak valt of staat volgens Bos bij ontwerp en materiaal. “Het geheim zit ‘m in het snijden vanuit de juiste hoek, zonder dat hij blijft plakken. En hij moet dunne plakken snijden, anders krijgt de kaas niet voldoende zuurstof. Blokjes zijn de pest voor de smaak.”

Krulschaatsen

Die voorliefde voor kaasgereedschap heeft Bos niet van een vreemde. Al sinds de oprichting in 1896 zit het familiebedrijf in de kaasbenodigdheden. Overgrootvader Willem Bos produceerde in zijn smederij in de beginjaren landbouwapparatuur, krulschaatsen en nog veel meer, maar ook repareerde en verkocht hij gereedschap van kaasboeren. Dat liep zó goed, dat Martijns vader Joop in 1978 een aparte kaasafdeling oprichtte.

Vanaf 1995 maakte hij onder de naam Bos Kaasgereedschappen B.V. zelfs alleen nog kaasgereedschap voor in winkels: “Denk aan kromme kaasmessen, snijplanken met draad, raspmachine en grote nepkazen. De gewone kaasschaaf was er toen ook al, maar die diende vooral als promotiemateriaal”, vertelt Bos.

Wat zijn vader opzette, ging Bos vanaf 2002 onder de naam BOSKA Food Tools exporteren. Eerst alleen naar België en Duitsland, later naar 108 landen. Maar met alleen een kaasschaaf ging hij het niet redden: “Die gaat nooit kapot, dus klanten komen niet terug.” Bos breidde uit met andere kookspullen zoals een rasp, een kaaskruller, fonduesets en mesjes voor kookwinkels en warenhuizen.

Frictie

Volgens Bos hebben alle mannen uit de familie de ingewikkelde eigenschap dat ze nooit tevreden zijn: een product kan altijd beter en slimmer. “Voor mij is dat normaal, een mooie uitdaging, maar binnen het bedrijf zorgt het soms voor frictie. Ik zie alleen wat niet perfect is, daar moet ik wel aan blijven werken.”

Los daarvan pakt hij het ondernemerschap heel anders aan dan zijn vader, opa en overgrootvader. “Een goed product verkoopt zichzelf”, zei mijn vader altijd. Maar aan consumenten verkopen werkt anders dan zakendoen met bedrijven. “Het merk wordt veel belangrijker, je moet opvallen.”

Zo praat Bos graag over de geschiedenis van het bedrijf, het Hollandse erfgoed dat kaas heet. “Ik vind dat mijn vader dat ook had moeten doen, al is dat voor de professionele sector iets minder relevant.” Vader Joop zag echter geen heil in dat te commerciële gedoe; die wilde volgens Bos vooral zekerheid, met een solide bedrijf en een gezonde marge: „Hard werken, degelijke producten, geen onnodig risico en een ‘doe maar gewoon’-mentaliteit horen bij die generaties. Dat ik veel meer groeigedreven was, kon hij in het begin niet goed verkroppen. Maar ik heb ondervonden dat je nergens komt met normaal doen, zeker niet in Amerika.”

’Soms heeft mijn pa ook gewoon gelijk hoor’

Vanaf 2005 opende het bedrijf eigen panden in New York en Shenzhen, en in Duitsland en Frankrijk een virtueel kantoor. Productie gebeurt in veertien landen; Boska heeft twee ’eigen’ fabrieken in Polen en China en twee sociale werkplaatsen in Nederland. „Zo’n kantoor in Amerika vond mijn vader ook veel te riskant; kon dat niet gewoon België zijn? Maar dat is nu wel onze meest winstgevende afdeling.”

Dat was overigens niet meteen het geval; de Amerikaanse afdeling leed tien jaar verlies. „En soms heeft mijn pa ook gewoon gelijk hoor, want ik kan erg doordraven. Dat ik in tientallen landen tegelijk wilde zitten, was achteraf niet zo handig.”

Naarmate de jaren verstreken, ontpopte Bos zich steeds verder als een commercieel man. Hij pakte de aandacht met reclamecampagnes in Las Vegas en IJsland en zette een diamanten kaasschaaf van €25.000 neer in het Amsterdamse Kaasmuseum, die uiteindelijk werd gestolen. „Dat was geen 1 aprilgrap, zoals iedereen dacht. We wilden de stoffige kaasschaaf sexy maken.” Dat bleek lastig, en dat is het nog steeds: „Het kneuterige imago is hardnekkig.”

Hofleverancier

Ook online is Boska goed vindbaar. „Eigenlijk vind ik retail leuker, maar zo kunnen we beter schalen, zeker nu grote warenhuizen omvallen.” In 2022 kreeg Boska het predicaat hofleverancier. „Daar ben ik enorm trots op. Uiteraard hebben we voor de gelegenheid weer een mooi collectorsitem gemaakt: een zwarte kaasschaaf met een kroon van kristallen.”

Ook je kennis bijschaven?

Ben je enthousiast geworden door dit interview? Bij nlgroeit heb je toegang tot meer dan 500 mentoren. Onze mentoren hebben allemaal ruime ervaring in ondernemerschap en het runnen van groeibedrijven. Ze variëren van ondernemers met een jaaromzet vanaf 5 miljoen euro of meer tot ondernemers die een bedrijf van die omvang hebben verkocht. Onze matchmakers kunnen je in contact brengen met een mentor die precies past bij jouw groeivraag.