De top 250 groeibedrijven in cijfers
Geen foto zichtbaar? Klik op deze link.
Geen foto zichtbaar? Klik op deze link.
Deze Infographic toont cijfers uit een onderzoek dat is uitgevoerd door de Erasmus Centre for Entrepreneurship (ECE), Rotterdam School of Management en Erasmus Universiteit, over de ontwikkelingen van Nederlandse ScaleUps.
Het ScaleUp Dashboard, een jaarlijks onderzoek van de Academisch Directeur van ECE, laat zien hoe Nederlandse ScaleUps zich het afgelopen jaar hebben ontwikkeld in vergelijking met de jaren ervoor. Het laat de groei van deze ScaleUps zien in aantallen, maar ook in welke sectoren en regio’s de groei is gerealiseerd.
Aanvullend op dit ScaleUp dashboard is er een Top 250 lijst gepubliceerd van ScaleUps. Deze lijst van snelstgroeiende bedrijven is toegevoegd aan deze Infographic waardoor het een compleet en overzichtelijk beeld geeft van ScaleUps in Nederland.
Lees ook:
Deze infographic is mede tot stand gekomen door Netrespons / JSBdesign
Regelmatig hoor ik mijn, over het algemeen toch positieve, vooruitstrevende mede-ondernemers klagen over hun mensen. Ze zouden willen dat ze zichzelf kunnen klonen of zuchten over ‘die millennials’. ’Ik wens jou veel personeel’, is dan ook een gevleugelde uitspraak.
Vincent is niet bang om eerlijk naar zichzelf te kijken. Hij heeft na een paar jaar ondernemen zijn visie bijgesteld en zijn bedrijf deed het daar heel goed op. Vincent heeft zich vooral gericht op de schaalbaarheid van zijn bedrijf. Hij startte vijf jaar geleden met management drivers en pakte o.a. de Rockefeller Habits op. Hij nam toen zijn hele managementteam mee en veranderde de werkwijze. Eigenlijk maakte het bedrijf een professionaliseringsslag, en Vincent en zijn team leunden niet meer op het boerenverstand.
Kees de Jong maakte in samenwerking met MKB Brandstof een serie podcasts met inspirerende ondernemers. In openhartige gesprekken vertellen deze ondernemers over de groei van hun bedrijf. Hoe gingen zij om met tegenslag? Waar liepen zij tegenaan? Hoe leerden zij los te laten? Laat je inspireren door deze ondernemerslessen.
In aflevering 2: Groeiambitie. Voor Marnix is groei een ontwikkeling, voor René essentieel en voor Petra geen doel op zichzelf. Jasper is een ondernemer die altijd wil groeien. Terwijl groei bij Tatjana in het begin juist voor hoofdpijn zorgde. Het zorgde voor meer zorgen en verantwoordelijkheid.
Is geluk hebben een belangrijke factor als het gaat om groei? Daar geloven deze ondernemers niet in. Groei is hard werken, kansen creëren, een authentieke manier van werken en het ontbreken van pech.
Natuurlijk zijn er tegenslagen, niet alle kansen slagen. Dit is een onderdeel van het ondernemerschap. Als ondernemer ga je niet bij de pakken neerzitten. Je zoekt een andere oplossing, neemt een moeilijke beslissing of je hakt een knoop door.
De grootste uitdaging voor de toekomst is volgens Raymond om een cultuur te ontwikkelen waarvan professionals zeggen:
“Dit is het bedrijf waarvoor ik wil werken.”
1998, het tijdperk waarin internet mondjesmaat zijn intrede doet. Van den Brink is 21 jaar en studeert aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Op de universiteit krijgen ze voor het eerst internet. Een wereld gaat voor hem open. Internet biedt tal van mogelijkheden voor hotels, auto’s restaurants, kunst etc. Hij kiest voor restaurants zonder te weten wat een goed restaurant definieert of wat een Michelinster betekent. “Dat leek me leuk, dus ik ben gewoon begonnen.”
Hij schrijft zijn bedrijf in bij Kamer van Koophandel en gaat van start. “In eerste instantie was Diningcity een soort van Funda maar dan voor restaurants. Zij betaalden een vast bedrag om op de website te staan. Na verloop van tijd is Diningcity een soort Booking.com geworden waar je restaurants kan reserveren, en waar we altijd de beste deals aanbieden voor het top en midden segment.”
Van den Brink geeft toe dat geluk aan zijn kant stond bij de start van zijn bedrijf. Zijn allereerste klant is niemand minder dan Joop Braakhekke, de bekende televisiekok en restauranthouder van Le Garage in Amsterdam. Daarna volgt het Amstelhotel waar ze wel benieuwd zijn naar ‘het internet’ en hoe ze dit kunnen inzetten. “Ik heb heel veel geluk heb gehad met de restaurants die ik heb benaderd, want dat waren allemaal heel goede Amsterdamse restaurants. En ik had het voordeel van de kennis van het internet. Niemand in die tijd wist wat internet was. Ik kon het hun uitleggen en ook nog eens installeren als ze dat wilden.”
De groeicurve die Diningcity doormaakt, kenmerkt zich door twee belangrijke momenten. Ten eerste start Van den Brink met een franchiseconstructie. Het technische aspect van het platform houdt hij bij zichzelf. De sales en het aanhaken van nieuwe restaurants laat hij over aan de lokale franchisenemers. “Zo creëerden we een schaalvoordeel. Onze IT-kosten bleven nagenoeg gelijk maar er kwamen veel meer restaurants bij.”
Hoewel Diningcity onder restaurants steeds meer naambekendheid verwierf, was dat niet zo onder het publiek. Daar heeft Van den Brink in 2007 wat op bedacht: de nationale restaurantweek. Het concept komt oorspronkelijk uit New York. Het idee is dat een restaurant één week lang een prachtig menu aanbiedt voor een lagere prijs. “Ik ben met dit idee een restaurant binnengestapt en heb gewoon gevraagd, wil je meedoen? Zo eenvoudig begon het en steeds meer restaurants sloten zich aan.”
“Wat de Iphone voor Apple was, is de restaurantweek voor ons geweest.”
De omzet explodeert. De enige manier om met korting bij een sterrenzaak te eten is tweemaal per jaar via Diningcity. Iedereen in heel Nederland doet mee. Iedereen heeft het over de restaurantweek. De groei brengt echter een aantal uitdagingen met zich mee. IT is er zo een. De servers kunnen het aantal bezoekers op de website niet aan. “Elke keer dat we een nieuw restaurant online zetten, kwam er zoveel traffic dat de servers er weer uit vlogen. We zetten onze wekkers om half 3 ’s nachts om restaurants online zetten, die vervolgens om 8 uur in de ochtend al volgeboekt waren.” Bovendien haakten steeds meer restaurants aan. Al die restaurants en niet te vergeten consumenten hadden ook vragen. Dus het opzetten van een supportdesk was al snel het gevolg. Toendertijd allemaal via de telefoon. Tegenwoordig via e-mail en chat.
15 maart 2020, de horeca moet de deuren sluiten. Op 16 maart zou de restaurantweek van start gaan. Een week waar maanden werk in heeft gezeten. Een week die goed is voor 30% van de jaaromzet van Diningcity. Alle kosten voor dit event zijn nagenoeg al in februari gemaakt. De restaurantweek gaat in rook op en in totaal verwerken van den Brink en zijn team 150.000 annuleringen.
Diningcity is een internationaal platform dus Van den Brink zag Corona aankomen. “Ik zit ook in Honkong en China, daar hadden we hetzelfde probleem, dus in januari ging daar alles dicht. Halverwege februari waren de eerste besmettingen in Lombardije (Italië). Ik zei toen tegen mijn team dat ik vermoedde dat corona naar Nederland zou komen en dat we in een lockdown terecht zouden komen. Mijn team was verbaasd. Iedereen verklaarde me voor gek. Maar vier weken later was het zover. ”Op dat moment staat het in contact blijven met het team bovenaan het lijstje. Van den Brink had op voorhand al een plan gemaakt en organiseerde elke dag meetings om het teamverband vast te houden.
Met de horeca dicht, probeerde van den Brink samen met zijn team nieuwe concepten te verzinnen. Zo proberen ze eten thuis te bezorgen en restaurantboxen te leveren. Dit blijkt uiteindelijk niet bij hun te passen. Hun bezoekers zijn gewend om restaurants te reserveren en niet om maaltijden af te halen, dus daar stoppen ze vrij snel weer mee.
Ondertussen brengt de situatie zware gevolgen met zich mee. Van den Brink probeert de kosten te minimaliseren en maakt gebruik van de NOW-regelingen. Maar toch neemt hij noodgedwongen afscheid van een aantal teamleden. Zijn team gaat van 20 mensen naar 10. “Het is lastig om buiten je schuld om mensen te ontslaan. Dat voelt als je eigen ledematen amputeren.”
Hoewel de horeca in de zomer de deuren opent, ziet van den Brink daarin geen oplossing. Restaurants mogen maar maximaal 30 mensen laten plaatsnemen. Hij en zijn team focussen zich daarom op september, met een XXL-editie van de restaurantweek. “De aantallen die week waren bizar. In september leek het wel alsof het normale leven weer begon. Dus mensen wilden ook graag uit eten. Restaurants waren super tevreden. Het was onze beste editie ooit.”
“Het is lastig om buiten je schuld om mensen te ontslaan. Dat voelt als je eigen ledematen amputeren.”
De omzet van de maand september is zo hoog dat Diningcity goed bij kas zit voor de komende acht maanden. Door goed te sparen, geen overbodige uitgaven te doen en te werken met een klein team, waarborgt van den Brink de continuïteit van zijn onderneming.
Corona brengt ook goede dingen. Een aantal innovatieve ideeën bij Diningcity komen door de crisis in een stroomversnelling terecht. Van den Brink investeert alleen in zaken die ook na de lockdown stand houden. Zo lanceren ze in december 2020 Cheflix: unieke online masterclasses van de beste Michelin sterrenchefs die je de sterren van de hemel leren koken met ingrediënten uit de supermarkt.
“Als ondernemer hou ik ervan om iets verder te denken. Ik vind het leuk om 6 – 12 maanden vooruit te denken. Hoe ziet je markt er dan uit? Wat zijn de strategische opties? Internationalisering? Van niets iets maken. Je moet de grootste zijn. Alleen de allergrootste partijen gaan overleven.”
Van den Brink heeft dit jaar veel meer energie als vorig jaar. En dat terwijl de business zo goed als plat ligt, hoe kan dat? “Ik denk dat dat ondernemers eigen is. Juist wanneer de zaken wat gaan wringen, leef ik op.” Een rasechte ondernemer.
Van 21 tot en met 27 september veranderde de Metropoolregio Rotterdam in de plek waar startups, scale-ups, investeerders, gedurfde corporates, beleidsmakers en studenten samenkwamen om een positieve impact te maken in de wereld. Upstream bood toegang tot financiering, nieuwe markten en talent voor ondernemers die hun bedrijf willen opschalen. Nlgroeit was partner van dit mooie festival.
“The bottleneck is always on top of the bottle.”
Kees en Hans geven aan dat opschalen van een onderneming begint bij de ondernemer zelf, hierna volgt je team en daarna het bedrijf. De persoonlijke ontwikkeling van de ondernemer is zeer belangrijk voor de groei van het bedrijf, vaak zit het knelpunt aan de top. Daarnaast benoemt Kees het voordeel van een mentortraject, een ervaringsdeskundige, iemand die begrijpt wat je meemaakt, die in jouw schoenen heeft gestaan en daardoor precies kan aangegeven wat je volgende stappen moeten zijn.
Kans op groei gegrepen
Mijn bedrijf is lang in de pioniersfase gebleven. Ik wilde mijn passie uitvoeren en betere arbeidsomstandigheden voor de medewerkers in de metaalsector creëren. Ik hield me vooral bezig met research, het verbeteren van installaties en het bieden van de juiste (betaalbare) oplossing. Toen de productiemaatschappij Teka ons in 2010 vroeg als exclusief importeur voor de Benelux, heb ik de kans op groei aangegrepen. Eerder bewerkte Lemtech voor hen alleen Noord, Oost en West Nederland. Dit deel van het land liet een hele mooie groei zien, terwijl het deel wat wij niet deden, achterbleef.
Groei dankzij de crises
Ook namen ondernemers door de crisis meer tijd om de stofproblematiek serieus aan te pakken en gunden zich meer tijd om referenties te bezoeken en met andere ondernemers in gesprek te gaan over hun aanpak. Lemtech kwam daarbij meer in beeld. Er kwam personeel bij en ook door focus op samenwerking met partners kwam ik echt in een groeifase. Inmiddels zijn we met 6 mensen en vier vaste flex ‘collega’s’ die, onderhanden, de montage voor ons verzorgen.
Je “kind” uit handen geven
We zitten nu tussen de managementfase en de organisatiefase. Ik moet nu zelf gaan loslaten en meer intern gaan regelen. Het personeel moet meer bewust worden van hun verantwoordelijkheden. Dat voelt toch een beetje als je kind uit handen geven. Belangrijk is daarbij om de juiste mensen op de juiste plaats te hebben.
Switch naar ondernemerschap
Ik wil graag verder groeien. Er liggen nog enorme kansen voor ons in de sector. Ik zoek er iemand bij die me gaat helpen om de lijnen uit te zetten. Met mijn mentor Arthur Oudshoorn van Applicon Biotechnology spar ik over hoe we de dingen nog slimmer kunnen doen en hoe we de juiste mensen kunnen aantrekken. Bij hen is dit vaak een organisch proces.
Arthur was als techneut in loondienst bij een bedrijf met 35 mensen. Dit bedrijf heeft hij samen met twee andere techneuten overgenomen en zo heeft hij de switch naar het ondernemerschap gemaakt. Ze hebben in een paar jaar tijd het bedrijf enorm weten te vergroten. Ik vind het mooi om te horen hoe ze dit hebben gerealiseerd.
Houd het simpel
Arthur doet ook projecten net als wij. Hij heeft me het inzicht gegeven het simpel te houden. De werkzaamheden uit bouwstenen op te bouwen in plaats van te vaak nieuwe oplossingen uit te denken. Slimmer en efficiënter omgaan met je mensen. Dat is nodig om te kunnen groeien. Het is fijn om te kunnen sparren met een ondernemer die het allemaal al eens heeft meegemaakt. Er komt zeker een vervolggesprek. Ik ga dit goed voorbereiden met een duidelijke onderwerpenlijst die ik wil bespreken.
Goede koppies nodig
Goed personeel blijft belangrijk, maar goed technisch personeel is lastig te vinden. Ik heb al 2 jaar lang een vacature open staan voor een meewerkend projectleider E/W. Het is zo belangrijk om de jeugd te laten weten hoe leuk het is om in de techniek te werken. Techniek is echt niet meer alleen werken met je handjes. Er zijn juist ook goede koppies nodig. Er moet veel gebeuren alvorens een product gemaakt kan worden en een project uitgevoerd. Mijn zoon doet nu technische bedrijfskunde en begint nu te zien hoe leuk het is. Hij is sinds kort werkzaam bij Lemtech en wie weet waar dit nog toe kan leiden.
Niets is zo fijn als durven delen
Ik hoop dat wij in 2020 een groeifase verder zijn en dat de maakindustrie zich bewust is van de noodzaak van goede zorg voor het (vak)personeel. Ook hoop ik dat door normalisatie van filtertechniek er bij ondernemers meer vertrouwen is in het juiste product. Ik zou daarvoor willen zeggen: niets is zo fijn als durven delen, dan kunnen we gezamenlijk grotere stappen zetten!
Meer weten over Lemtech? Bezoek de website.
Jaap Logge van Logge: “We zijn gestart met ons nieuwe label Logge Circulair om ook compleet circulaire inrichtingen te maken. De groei zal voornamelijk in de circulaire inrichtingen liggen met de daarbij behorende nieuwe business modellen zoals bijvoorbeeld betalen voor gebruik. Jaap heeft inmiddels twee goede sessies achter de rug met zijn mentor. Via nlgroeit zijn de ondernemers aan elkaar gekoppeld.
Jaap Logge over het nieuwe concept: “Aan het eind van de levensduur nemen wij de circulaire inrichting weer terug en hergebruiken het als grondstof voor een nieuw project. De klant ontvangt 10% van de materiaalwaarde retour als een soort statiegeld. Dat maakt het voor de klant aantrekkelijk om het gebruikte meubilair weer bij ons in te leveren.”
De groeivragen van Jaap hangen samen met het nieuwe label. Mentor Jan Boom: “Ik vind Jaap Logge een gedreven man die trots is op zijn bedrijf ondanks alle onzekerheden die ondernemen met zich meeneemt. Mooi om te horen hoe Jaap wil doorpakken, groeien en de handvaten grijpt die op zijn pad komen. Als je luistert hoe Jaap zijn onzekerheden wil omzetten in mogelijkheden, dan hoor je die gedrevenheid. Als mentor kun je alleen zicht geven op een andere werkelijkheid, een doel dat je ook droom kunt noemen.
Jan Boom: “Jaap stelt doelen, Jaap droomt van circulair inrichten van kantoren. Dat moet hij doen, dat is zijn passie. Maar de hut moet draaien op de werkelijkheid van vandaag. Dat is core business, dat is werken, dat is niet dromen. Dat is relatiebeheer, dat is klanten triggeren, dat is klanten uitdagen, dat is dicht naar de klant, dat is luisteren. Dat is je mensen meenemen in dit proces: welk (droom)project wil jij in het tweede halfjaar als medewerker maken, op welke potentiele opdracht zetten we onze focus? In een kleine organisatie moet je keuzes maken.”
Jaap vult aan: “Uit de gesprekken met Jan heb ik interessante punten gehaald. Zo zijn we nu in voorbereiding om de mensen veel meer te betrekken bij de plannen door hen te vragen naar hun droomproject. Ook de suggestie van Jan om meer aan branding te doen, hebben we opgepakt. Er ligt nu een online marketing communicatieplan waarin het allemaal uitgewerkt staat. Wat mij betreft was het heel zinvol en ik zou graag nog eens willen afspreken om ons gesprek op gang te houden.”
Logge staat sinds juni 2017 in de top drie van duurzaamste bedrijven.